Kringloop

Kringloop

Aan de Oude Torenstraat in Hilversum op de plaats waar al vele jaren geleden een deftig bankgebouw is verrezen, stond vroeger een steendrukkerij. In de jaren vanaf ongeveer 1930 tot 1960 was het daar een va-et-vient van kunstenaars die met grote regelmaat en met waakzaam oog kwamen kijken naar het drukken van hun vaak veelkleurige tekeningen die zij zelf op het gladde koele oppervlak van de lithostenen hadden aangebracht. Onder de vele affichekunstenaars die er regelmatig werden gezien waren Albert Hahn jr. en Eppo Doeve voor de oorlog, in de vijftiger jaren Jan Sleper en nog wat later Lucebert, wiens tekeningen werden gedrukt voor het boekje ‘lithologie’, waarvoor Sandberg de typografie had verzorgd. Ook Mart Kempers kwam er om op de stenen te tekenen, zo herinnert zijn litho ‘Brammetje’ aan die tijd.

Allengs werd het stiller in die echte steendrukkerij aan de Oude Torenstraat. Steendrukkerij de Jong & Co was met  haar tijd mee gegaan en geleidelijk aan was het een bloeiende offsetdrukkerij geworden zodat langs het weekendhuisje op de Veluwe van de ouders van Pieter Brattinga (1931-2004) – zijn vader was directeur van het bedrijf- een plechtig tuinpad van mooie dikke leisteen kon groeien, de bovenkant fijn en glad van structuur. Lithostenen zouden zelfs als tijdelijke vloertegels komen te liggen in ‘de kantine’ zoals de tentoonstellingsruimte van steendrukkerij de Jong & Co heette. Het waren ‘grafstenen van een ambacht’ geworden, want omstreeks 1950 kwam de litho-afdeling helemaal stil te liggen en raakte de speciale techniek daar in de vergetelheid. Heimelijk koesterde Pieter de wens om ‘later’ nog eens iets te gaan doen met de oude stenen en persen  die voor hem apart gezet werden. Het duurde langer en het was zelfs een generatie later die deze verzameling de weg zou doen vinden naar de Amsterdamse Lauriergracht. Pieter gaf de oude persen en de stenen aan zijn zoon Rento (1952-) die daar in een pand op nummer 80 vol energie was begonnen om het oude ambacht van steendrukker nieuw leven in te blazen.

Lithostenen zijn zwaar, zo’n tien centimeter dik. Ze breken bijna je rug, want je sjouwt wat af met die dingen. Voor iedere kleur in een tekening een andere steen. Veel spierkracht is nodig om ze op de pers te leggen. Evenveel om ze er weer af te halen, te verwisselen voor de volgende. Na het polijsten zijn dan dezelfde stenen voor een volgende tekening opnieuw te gebruiken. In 1978 vervoegde Rento zich – als jong ondernemer- bij de Kamer van Koophandel met de bedoeling zijn bedrijf te laten registreren onder de naam ‘Steendrukkerij Amsterdam’.

Er rees een probleem. Een ambtenaar toonde een vergeeld document, waaruit bleek dat er al een bedrijf met die naam bestond, een bedrijf uit een ver verleden. Bovendien bleek dat de directeur, ‘ene Brattinga’, de onderneming in 1911 mee naar Hilversum had genomen en zich geassocieerd had met een zekere de Jong, waarna de naam veranderd was in ‘Steendrukkerij de Jong voorheen Amsterdam’. Het probleem bleek bij nadere beschouwing gelukkig oplosbaar en na enig ambtelijk regelwerk vestigde Rento Brattinga, telg uit een geslacht van drukkers, in navolging van zijn overgrootvader, zijn ‘Steendrukkerij Amsterdam’ in de hoofdstad.

Nu is het daar opnieuw een va- et- vient van kunstenaars!

Herinneringen van Pieter Brattinga opgeschreven door Annette Brattinga – Aeneae Venema (31 december 1996)